1 Korinthe 6:10-11
Dwaal niet! Ontuchtplegers, afgodendienaars, overspelers, schandknapen, mannen die met mannen slapen, dieven, hebzuchtigen, dronkaards, lasteraars en rovers zullen het Koninkrijk van God niet beërven.
Sommigen van u zijn dat wel geweest, maar u bent schoongewassen, maar u bent geheiligd, maar u bent gerechtvaardigd, in de naam van de Heere Jezus en door de Geest van onze God.
1 Korinthe 6:10-11 beschrijft wat er met de gemeenteleden is gebeurd: zij hebben het oude leven achter zich gelaten en zijn gereinigd. Dat verplicht hen ook om daarnaar te leven. Feitelijk wordt de doop hier niet genoemd. Maar de doop maakt wel zichtbaar wat hier beschreven wordt.
Vermaning
Paulus vermaant hier de gemeente en wijst de gemeenteleden erop, dat zij moeten leven naar wat met hen is gebeurd. Zij zijn gewassen, gezuiverd van de zonde door het bloed van Christus.1 Ze zijn apart gezet (geheiligd) en gerechtvaardigd door wat Christus heeft gedaan en door wat de Geest in hen heeft gewerkt. Feitelijk gaat het hier niet om de doop, maar wel om wat de doop laat zien: het afsterven van de oude mens en opstaan in een nieuw leven, gereinigd van de zonde door Christus en vernieuwd door de Heilige Geest.2 Paulus zegt hier: ‘Jullie oude leven ligt achter je. Leef daar niet meer naar, want je bent schoon, geheiligd en gerechtvaardigd.’
Voetnoten
1 1 Johannes 1:7: ‘Maar als wij in het licht wandelen, zoals Hij in het licht is, hebben wij gemeenschap met elkaar, en het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde.’
2 Titus 3: 4-5: ‘Maar toen de goedertierenheid van God, onze Zaligmaker, en Zijn liefde tot de mensen verschenen is, maakte Hij ons zalig, niet op grond van de werken van rechtvaardigheid die wij gedaan zouden hebben, maar vanwege Zijn barmhartigheid, door het bad van de wedergeboorte en de vernieuwing door de Heilige Geest.’